Op 23 juli 2014 verschenen in het Nederlands Dagblad.
Deze week ontmoette ik Jasper, een sterke vent van begin
dertig. Jasper heeft maar één droom: een vast maandinkomen. Hij werkt in de
beveiliging op een nul-uren contract. Sommige maanden kan hij wel 100 uur
werken, andere maanden helemaal niet. Jasper heeft daarom ook een
bijstandsuitkering. Maar de gemeente vindt zijn onregelmatige inkomen maar lastig
en onhandig – stel je voor dat Jasper een maand uitkering én salaris zou
ontvangen... Voor de zekerheid houdt de administratie van zijn gemeente daarom
elke maand de maximale 100 uur werk aan loon op zijn uitkering in. Als hij
minder werkt, moet hij dat maar aantonen. Dat zou Jasper graag doen, maar hij
kan het niet. Zijn baas weigert hem loonstrookjes te geven voor de maanden
waarin hij helemaal niet werkt: geen loon is immers ook geen loonstrook. Zo
zijn de maanden zonder werk voor Jasper een dubbele sof: geen loon en
nauwelijks uitkering.
Nog maar een paar weken eerder sprak ik Sylvia, een zeer
slechtziende veertiger. Ze vertelde me trots over haar carrière als administratief
medewerkster, waarbij ze ondanks haar handicap posities binnen grote bedrijven
had weten te vervullen. Maar haar huidige werkgever heeft al aangegeven straks
haar jaarcontract niet meer te verlengen. Als per 1 januari de nieuwe
participatiewet ingaat, krijgen alle werkgevers immers de opdracht om
‘garantiebanen’ beschikbaar te stellen voor de doelgroep die het moeilijkste
werk vindt: mensen die zo’n zware fysieke of psychische beperking hebben dat ze
nooit zelf een voldoende salaris kunnen verdienen. Sylvia is daar de dupe van:
haar baan wordt straks een ‘garantiebaan’ voor iemand met een net iets
zwaardere handicap. Het resultaat: voor het eerst in haar leven raakt Sylvia
werkloos.
Voor wie denkt dat Jasper en Sylvia pechvogels zijn, heb ik
slecht nieuws. Nederland kent duizenden en duizenden werkzoekenden,
laagopgeleiden en mensen met een arbeidsbeperking. De cijfers spreken
boekdelen: eind 2013 waren er ruim 650.000 werklozen – en maar 94.000
vacatures. De concurrentie aan de onderkant van de arbeidsmarkt is zwaar, de
regelgeving complex en bureaucratisch – en overheidssubsidies voor de ene
doelgroep leiden vaak tot malaise bij de andere doelgroep. Het boek ‘De kwetsbaren’ van Will Tinnemans geeft
een choquerende bloemlezing van de gevolgen van de zware concurrentie aan de
onderkant van de arbeidsmarkt. Het ironische is nu dat de overheden die in veel
gevallen deze concurrentie in de hand werken, consequent over Jasper, Sylvia en
hun lotgenoten blijven spreken als over ‘klanten’.
Afgelopen weken las ik afwisselend in het boek ‘de kwetsbaren’ en in de
managementbestseller ‘klantgerichtheid’
van Jos Burgers. Zo las ik de ene dag verhalen van ‘klanten’ als Jasper en
Sylvia, en de andere dag over belang van aandacht en respect voor een goede
klantrelatie. ‘De kwetsbaren’ schrijft
over hoe duizenden Nederlanders strijden met elkaar om werk – en daarbij tegengewerkt
worden door de bureaucratie en willekeur van hun overheid. En in ‘klantgerichtheid’ kwam één zin
voortdurend terug – een zin die ik graag meegeef aan alle overheden: uw klanten
zijn net mensen. Behandel ze dan ook zo.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten