vrijdag 26 juli 2013

Even bellen

Dit artikel is eerder gepubliceerd in het Nederlands Dagblad.

‘Meneer Jansen is 82 jaar en heeft nauwelijks nog familie. Alleen zijn vriend Piet komt dagelijks langs. Meneer Jansen heeft de hulp van Piet nodig: die doet de boodschappen en beheert het huishoudgeld. Er is alleen nooit genoeg eten en kleding in huis. En er verdwijnen regelmatig waardevolle spullen.’
 
Dit is slechts één voorbeeld van oudenmishandeling. Het maakt meteen duidelijk hoe schrijnend dit onderwerp is. Pijnlijk, en onacceptabel. Daar was staatssecretaris van Rijn (VWS) het vorige maand, bij de lancering van de landelijke campagne tegen ouderenmishandeling, helemaal mee eens. ‘We moeten de taboesfeer doorbreken. (…) We moeten er samen voor zorgen dat onze ouderen zich veilig voelen en veilig zijn,’ zei de staatssecretaris. Daar kan niemand het mee oneens zijn. Volkomen terecht, dus, dat de staatssecretaris ook in deze tijden van crisis budget uittrekt om deze zaak eens goed onder de aandacht te brengen. Hoewel? Wat gebeurt er nu eigenlijk?
 
Terwijl de staatssecretaris met de campagne tegen ouderenmishandeling opende, werd er op zijn ministerie hard gewerkt aan ‘de decentralisaties’ in de zorg. Dat betekent nogal wat voor ouderen. Ten eerste worden gemeenten verantwoordelijk voor de begeleiding en ondersteuning aan ouderen die nog thuis wonen. Voor alle (thuis)zorg die deze ouderen nodig hebben, moeten ze dus gaan aankloppen bij de gemeente. Tegelijkertijd is besloten tot ‘extramuralisering’ van de (ouderen)zorg. Die prachtige term betekent dat ouderen minder snel in een verzorgingshuis mogen gaan wonen, maar dat meer ouderen met een zorgbehoefte langer thuis geholpen moeten worden. De gemeente mag dat regelen, en omdat de gemeente zo dichtbij de burger staat kunnen ze dat – volgens het kabinet – voor miljarden minder.
 
Gelukkig heeft het rijk ook nog tips voor gemeenten, over hoe ze voor al die ouderen al die zorg moeten regelen. Uit het tipboek: “Als een burger aanspraak wil maken op een collectieve voorziening, kan de ambtenaar vragen: wat kan u zelf doen, en hoe kan u uw sociale netwerk aanspreken?” Kortom: er komen meer ouderen, met meer zorgvraag, die langer thuis blijven wonen – en dat gaan we oplossen met mantelzorgers en thuiszorgmedewerkers, die meer moeten doen met minder.

Nu blijkt de overbelaste (mantel)zorger één van de voornaamste oorzaken te zijn van ouderenmishandeling. Degene die steelt uit de portemonnee van oma is vaak de dochter die haar hoofd financieel nauwelijks boven water kan houden, en die door alle zorgtaken geen extra uren kan gaan werken. En de man die al dagen alleen ligt blijkt een zoon te hebben die het niet meer kan volhouden om zijn vader te verzorgen. Gelukkig is er dan nu goed nieuws: als iemand de radio even aanzet, kunnen deze oma’s en opa’s wel luisteren naar de campagne van de staatssecretaris. Dan weet opa in elk geval welk nummer hij kan bellen om te melden dat zijn zoon de zorg niet meer aan kan.